Publications

Skip Navigation Links.

Search for publications:


Limit search to the fields

ECN publication
Title:
Ventilatie-energie in Parkeergarages
 
Author(s):
 
Published by: Publication date:
ECN Energy in the Built Environment 1-3-2005
 
ECN report number: Document type:
ECN-C--05-035 ECN publication
 
Number of pages: Full text:
18 Download PDF  

Abstract:

Volgens de normen voor het ventileren van parkeergarages moet er ten minste met 3 liter per seconde per vierkante meter parkeergarage geventileerd worden. Er mag slechts minder geventileerd worden (tot minimaal 30% van 3l/s per m2) indien de parkeergarage is uitgerust met i) een LPG/CO detectiesysteem of ii) met een inrijregeling.

Naast de eisen voor de luchtverversing geldt de Praktijkrichtlijn van het Landelijk Netwerk Brandpreventie. Ten aanzien van de ventilatie eist de praktijkrichtlijn LNB een ventilatievoud van 10 maal voor parkeergarages van 1000m2 tot 5000m2 en voor parkeergarages vanaf 5000m2 een dusdanige ventilatie dat binnen 45 minuten na de brand er een zicht van minstens 30m moet zijn behaald.

 

In de meeste parkeergarage wordt de ventilatie verzorgd door stuwdrukventilatoren en een CO/LPG detectiesysteem voor de regeling. Voor zover van een 'gemiddelde' parkeergarage gesproken kan worden, is het gemiddelde vermogen van de ventilatie 0,4 tot 0,6 W/m2. Verder mag verondersteld worden dat de ventilatie 60% tot 75% van de tijd in de laagste stand staat (dit is sterk afhankelijk van het aantal autobewegingen in een parkeergarage).

 

Door middel van het aantonen van gelijkwaardigheid ten aanzien van de lucht­verversings­eisen is het mogelijk een alternatieve manier van ventilatie te gebruiken. Zo kan een ondergrondse parkeergarage natuurlijk geventileerd worden als is aangetoond dat er altijd voldoende ventilatie op natuurlijke wijze is. CFD (Computational Fluid Dynamics) berekening zijn meestal de manier om dergelijke gelijkwaardigheid aan te tonen.

  Het besparen van ventilatie-energie in parkeergarages wordt bereikt door minstens een stuwdruksysteem met CO/LPG regeling toe te passen. Bovendien moet zoveel mogelijk de mogelijkheid onderzocht worden om alternatieve (natuurlijke) ventilatiemogelijkheden toe te passen. Hiervoor lenen CFD berekeningen zich goed. Verder is het noodzakelijk te controleren wat het energiegebruik van systemen is en hoeveel het ventilatiesysteem in de laagstand draait.


Back to List